Post Description

Op 30 april 1945, als Russische troepen het centrum van Berlijn naderen, plegen Adolf Hitler en Eva Braun zelfmoord in de ondergrondse Führerbunker. Hun lijken worden onmiddellijk daarna met benzine overgoten en verbrand.
Dat gelooft de wereld nu al meer dan veertig jaar. Maar is het werkelijk zo gegaan? IRVING WALLACE geeft in dit boek een andere lezing. Als Oxford-professor Harrison Ashcroft de laatste hand legt aan een 'andere’ biografie over Hitler, wordt hij in Berlijn met fatale afloop door een auto overreden. Zijn dochter Emily gaat verder met het onderzoek en met hulp van de Amerikaan Rex Foster, die werkt aan een boek over Nazi-architectuur, achterhaalt ze een schilderij van Hitler. Hitler blijkt het echter geschilderd te hebben in... 1952. Een eerder onbekende zevende bunker lijkt de  sleutel tot de ontraadseling te zijn. 

Supplement: Tom Posch - de Führerbunker.
Als enige journalist was Tom Posch aanwezig toen eind 1988 de Führerbunker opengebroken werd. 
Hij kwam daar tot de vaststelling dat de schuilplaats van Hitler er anders uit heeft gezien dan men tot nu toe heeft aangenomen.
Tom Posch vond er tevens allerlei zaken die toebehoorden aan Adolf Hitler, Eva Braun en aan Joseph en Magda Goebbels.
Dit NON-FICTION document is toegevoegd aan de roman Het Zevende Mysterie van Irving Wallace.